Zienswijze Dorpsraad Oosterhout tegen ontwerp inpassingsplan Railterminal Gelderland.

Het college van Gedeputeerde Staten van Gelderland,

Postbus 9090,

6800 GX Arnhem.

 

Betreft:                 Zienswijze Dorpsraad Oosterhout tegen ontwerp inpassingsplan Railterminal Gelderland.

Oosterhout, 17 april 2019

 

Geacht College,

Namens de Dorpsraad Oosterhout (hierna: DR) dien ik bij deze een zienswijze in tegen het ontwerp inpassingsplan Railterminal Gelderland.

De Dorpsraad Oosterhout is een vereniging die opkomt voor de belangen van de inwoners van Oosterhout. Op verzoek van vele leden van de Dorpsraad heeft het bestuur besloten om middels deze zienswijze uw aandacht te vragen voor de volgende aspecten:

  1. De DR vindt het van groot belang dat de benodigde aanpassing van de infrastructuur, waaronder nadrukkelijk de aanpassingen van afslag 38, gerealiseerd dienen te zijn alvorens de Railterminal in gebruik wordt genomen. In het nu voorliggende ontwerp inpassingsplan Railterminal Gelderland (hierna: PIP) ligt dit naar de mening van de DR onvoldoende vast.

 

  1. De DR benadrukt het belang om nog voordat de Railterminal Gelderland (hierna: RTG) in gebruik wordt genomen er voldoende parkeerplaatsen en overnachtingsvoorzieningen gerealiseerd dienen te zijn, al dan niet middels een tijdelijke voorziening. In het nu voorliggende PIP ligt dit naar de mening van de DR onvoldoende vast.

 

  1. De DR vraagt nogmaals nadrukkelijk uw aandacht voor in het bijzonder de fietsveiligheid op deze ‘hoofdfietsroute plus’ van de grote stroom middelbare scholieren uit Overbetuwe naar Lent en Nijmegen (en vice-versa). Na ingebruikname van de RTG zal het aantal verkeersbewegingen in het plangebied en de omgeving daarvan fors toenemen. De DR pleit er dan ook uitdrukkelijk voor dat wordt voorzien in ongelijkvloerse kruisingen voor fietsers of daarmee gelijkwaardige oplossingen. In het nu voorliggende PIP ligt dit naar de mening van de DR onvoldoende vast, dat besluitvorming daarover naar de toekomst wordt doorgeschoven is voor de DR absoluut niet acceptabel.

 

  1. De inwoners van Oosterhout maken zich grote zorgen over de toename van geluidsoverlast door realisatie van de RTG. De DR heeft tijdens een door de Provincie georganiseerd bezoek aan de RTG in Venlo met eigen oren kunnen horen hoeveel geluid wordt geproduceerd. Bovendien wordt landelijk erkend dat geluidoverlast als gevolg van weg- en spoorvervoer extra aandacht verdient en in het kader van het Meerjarenprogramma Geluidsanering (MJPG) starten Rijkswaterstaat en Prorail vanaf 2020 met het uitvoeren van geluidmaatregelen.

Bij de beoordeling van een goede ruimtelijke ordening op het gebied van geluid zijn in het akoestisch onderzoek behorende bij het ontwerp inpassingsplan drie woonclusters beschouwd, te weten 1. Eimerensestraat, 2. Reethsestraat en 3. Rijksweg-Zuid. Geluidgevoelige bestemmingen in Valburg en ten zuiden van het plangebied in onder meer Oosterhout en Slijk-Ewijk zijn in het geheel niet beschouwd. Er kan niet volstaan worden met de constatering dat deze verder weg zijn gelegen van het plangebied. Onderdeel van de beoordeling is immers de cumulatie van geluid en die is op genoemde plaatsen anders dan in de gebieden, die wel zijn beschouwd. Mondeling wordt wel gesteld dat de hallen ten zuiden van de A15 een afschermende werking hebben richting Oosterhout, maar deze stelling wordt in het akoestisch rapport of in de verdere toelichting op het inpassingsplan niet cijfermatig onderbouwd . Naar de mening van de DR zijn niet alle relevante (geluids)gevoelige locaties beschouwd en is er geen sprake van een goede onderbouwing van het plan.

 

  1. De DR acht het, evenals de gemeente Overbetuwe, gewenst dat de provincie bijdraagt aan en participeert in een Omgevingstafel waarbij in een beperkt aantal sessies met alle betrokkenen uit het gebied tussen Valburg, Elst, Slijk-Ewijk en Oosterhout de voortgang bij de verdere detaillering van de plannen wordt besproken en zo nodig tijdig kan worden bijgestuurd. Het gaat dan om de verschillende plannen in verband met de Railterminal, maar ook de andere plannen en ontwikkelingen in het gebied. Op dit moment is sprake van een participatie per onderdeel en – zoals de Provincie in de nota aangeeft – het op geschikte momenten de omgeving buiten de normale procedure benaderen voor concrete inbreng of extra informatie. Overbetuwe vraagt om een ruimhartiger benadering, waarbij ook de omwonenden een inbreng hebben in de planning en agendering van het overleg.

 

  1. De DR vindt het van groot belang dat uitgaan wordt van een redelijke afweging tussen het bedrijfsbelang en het belang van de omwonenden binnen de geldende juridische kaders, inclusief het toepassen van de Best Beschikbare Technieken. Daaraan gekoppeld heeft Overbetuwe aangegeven dat een extra bescherming van de avonden, nachten en weekenden noodzakelijk is. De DR onderschrijft dit. In de communicatie naar de omwonenden wordt benadrukt dat één van de belangrijkste uitgangspunten voor de onderzoeken is geweest dat “op de Railterminal 24 uur per dag en 365 dagen per jaar wordt gewerkt” en dat “de terminal voor vrachtverkeer tijdens werkdagen (ma t/m vrij) geopend zal zijn gedurende een groot deel van de dag en het begin van de avond”. De DR vraagt de Provincie om in de communicatie duidelijk te maken dat het uitgangspunt van 24/7 wel geldt voor het onderzoek, maar dat de gemeente binnen de geldende juridische kaders de grenzen zal stellen aan de werkzaamheden op de Railterminal.

 

Tijdens de inloopavond op 2 april 2019 in Watergoed te Valburg heeft de DR een folder ingezien waarin haar de volgende twee (nieuwe?) punten zijn opgevallen:

  1. “Op de railterminal worden maximaal 90.000 laadeenheden overgeslagen”.

Tot nu toe is steeds gesproken over en gerekend met 90.000 TEU. Ik neem aan dat ik u het verschil tussen laadeenheden en TEU niet hoef uit te leggen en dat u dus begrijpt dat 90.000 laadeenheden overeenkomen met maximaal 180.000 TEU. De DR vraagt zich af waar deze verdubbeling van het aantal TEU opeens ‘vandaan komt’ en zij vraagt zich af of bij alle gedane berekeningen (geluidsoverlast, verkeersafwikkeling, aantal vrachtwagenbewegingen etcetera) rekening is gehouden met deze verdubbeling.

 

  1. “Circa 1.350 laadeenheden worden op de railterminal per jaar overgeslagen met brandbare of toxische gevaarlijke stoffen”.

De DR is erg geschrokken van deze aantallen. Tot nu toe is steeds gesproken over een verwaarloosbaar percentage brandbare of toxische gevaarlijke stoffen en is verklaard dat er feitelijk niets zou worden overgeslagen dat ‘gevaarlijker is dan een doosje lucifers’.

Dat nu wordt gesproken over drie procent brandbare of toxische gevaarlijke stoffen baart de DR ernstig zorgen. Zij vraagt zich met name af of de veiligheid voldoende is gewaarborgd.

 

Namens de Dorpsraad Oosterhout,

 

Johan W. Plamont,

Voorzitter.